Klik op 1e helft van onderstreepte naam, dan op de 2e helft, en daarna, soms meermaals, op het plaatje. U komt dan automatisch terug in de text waar u gebleven was. |
Ik ga verder, van "huis" tot "huis". Kijk, daar gaat het "pad" een rechte hoek om naar het andere huis. Waarom? Om de hoek van de moestuin langs?
De "wegen" van huis tot huis lopen nu tussen het lage
struikgewas door. Ik loop een grote halve cirkel Zuid-West-Noord rechtsom.
Daar kom ik uit op een hellend
stobbenveld.
Rondom de stobben is hier de bodem met meer en groener gras begroeid; geen struikgewas hier; maar zo te zien aan de min of meer gelijkmatige verdeling van de stobben over het veld, vroeger juist een hakhoutveld geweest? Of een bij het dorp horend bosje voor geriefhout? Ik steek het stobbenveld over, richting Noord-Oost.
Daar staan eiken op een rijtje, duidelijk op een
afgekalfde wal.
Hier is de wal onderbroken, maar daar loopt hij weer verder.
Even verder kijk ik Noordwaarts uit over de naar beneden hellende
heide.
Ik zie er een
patroon in. Over het door het hedendaagse afplaggen ontstane patroon is een ander patroon te zien van rechthoekige veldjes. Ik ga er naartoe. Ze zijn begrensd en gescheiden door
geultjes, merk ik, voel ik aan mijn voeten als ik daar door de hoge heide loop. Bij het "dorpje" behorende "akkertjes"? Verderop is het begroeid met lage dennetjes, maar het "veldjespatroon" loopt daar door.
Ik keer terug naar het stobbenveld, steek het over, en dan ... sta ik helemaal perplex. Hoger gelegen, duidelijk een gegraven
poel, put of zoiets. De randen zijn nu afgekalfd. Op een bepaalde plek lijkt het of een weg schuin aflopend de "poelwand" doorbreekt om aan de rand van een dieper gedeelte ervan uit te komen.
En daar zie ik zowaar op de rand een hulststruikje; en nog een. Voor mij het bewijs dat deze plek eens bewoond is geweest. Dat helemaal daarheen door vogels hulstzaden gebracht zouden zijn, en dat die op een zo ongelukkige bodem daar opgekomen zouden zijn, lijkt me sterk. Waarom zou ik ze elders aan de bosranden van de heide dan niet ook zien? In ieder geval is het op zijn minst een aanwijzing.
Later bezoek ik de plek vaker. In verschillende jaargetijden. Hier en daar meldt ik mijn vondst. Er wordt mij van repliek gediend: de militairen zouden daar hebben huis gehouden. Wel elders heb ik ze in de afgelopen tientallen jaren zien bivakkeren tussen de struiken aan de rand van de heide. Maar hier zijn ze me nooit opgevallen. Er zou in de laatste oorlog gegraven zijn. Maar voor mij zijn de thans nog zichtbare restanten geen resultaat van "recent" ingrijpen. Uit ervaring weet ik dat sporen van kortstondige kampementen (b.v. van tenten) spoedig weer verdwenen zijn; daarvan kan dit huizen-en-wegen-patroon niet afkomstig zijn. Daarentegen kunnen sporen van langdurig gebruik van de bodem door de mensen eeuwigheden bewaard blijven; die zijn veelal blijvend. En de restanten van eikenwallen zijn overduidelijk.
Anderzijds krijg ik van een van onze daarvoor verantwoordelijke gemeenteambtenaren de belofte dat hij mijn "vondst", of beter gezegd mijn vermoeden, zal doorgeven aan het ROB, het Rijksinstituut voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek. Dat vermoeden, dat ik ook kan staven aan wetenschappelijk onderzoek 1) 2) 3) 4) dat met betrekking tot de "zeer oude" geschiedenis van de bewoning van de Veluwe is gedaan. Misschien dat wetenschappers er eens een kijkje kunnen nemen.Al eerder heb ik ooit betoogd te vermoeden dat de Vierhoutense bewoning zich naar het Noorden heeft verplaatst; mogelijk vanuit bovenomschreven locatie dus. Daarvoor had ik diverse argumenten, afgeleid uit andere onderzoekingen van de Veluwse prehistorie en -geschiedenis 1) 2): De heide is ooit ontstaan uit landbouwgrond.
De bewoning is verschoven naar geringere hoogte. Daar waar de heide het "kaalst" is, de heidegrond het armst is, is mogelijk de meest intensieve bewoning geweest. (De bewoningsplek zelf is weer rijker aan voedingsstoffen voor plantaardige bewoning!)
Haasloop Werner 5) doet halverwege de vorige eeuw melding van de diedenweg (dodenweg) tussen Vierhouten en Elspeet, de lijkweg dus, die evenwijdig met de huidige Elspeterbosweg door het "diedendal" liep, halverwege die weg ongeveer, waar hij een aantal grafheuvels in de heide zag. Waarschijnlijk dus nabij onze plek. Die plek klopt dus met de huidige ligging van Vierhouten.
Maar toch.... dat dit een bewoonde plek is geweest, kan alleen maar worden bevestigd door wetenschappelijk onderzoek dat ooit nog eens in de toekomst zou kunnen worden gedaan.
Uitgezonderd de laatste paragraaf (alinea) is deze verhandeling al eerder gepubliceerd in "De Mothoek", orgaan van de heemkundige vereniging Nuwenspete.
Verder naar Deel 4 van De Geschiedenis van de Eikenwal
Terug naar Deel 2 van de Geschiedenis Terug naar de Voorbeschouwing van deze verhandeling Naar de Inhoud ........ ![]() Terug naar de Eikenwal van Nu .................................................... |
![]() |